De Duin- en Bollenstreek legt puzzel voor de toekomst

Hillegom, Katwijk, Lisse, Noordwijk en Teylingen hebben met inbreng van belangenorganisaties en andere betrokkenen een uitvoerbaar toekomstplan weten te maken voor de Duin- en Bollenstreek. Het plan is bedoeld voor de periode 2026 tot 2040. Voldoende en schoon water en een gezonde bodem bepalen de inrichting en ontwikkeling van de streek. Betaalbare woningen aan stads- en dorpsranden, een sterke Greenport en innovatieve bedrijvigheid houden de streek levendig. Duurzame bollenteelt, energie van eigen bodem en het versterken van natuur houden de leefomgeving gezond.

Het toekomstplan heet het Ontwerp Programma Landelijk Gebied en Duurzame Greenport. Over het ontwerp van het Programma LGDG is meegedacht door inwoners, ondernemers, agrariërs en raadsleden van de 5 gemeenten. Ook het waterschap, de provincie, verschillende belangenorganisaties en andere betrokkenen hebben bijgedragen.

Bekijk de samenvatting van het Ontwerp Programma en de antwoorden op veelgestelde vragen. Het volledige Ontwerp Programma voor de gemeente Noordwijk is binnenkort ook online te bekijken. Iedereen kan dan met een zienswijze laten weten het met onderdelen van het Ontwerp Programma wel of niet eens te zijn en waarom. Een zienswijze kan per mail of mondeling op afspraak worden ingediend. Wij zullen het via de website laten weten als het programma online staat, de termijn om te reageren gaat dan ook in.

Water en bodem als basis

In het programma worden huidige en toekomstige keuzes voor het inrichten van de streek gemaakt met water en bodem als uitgangspunt. Dat is nodig, want klimaatverandering zorgt voor perioden van grote droogte met kans op verzilting. Op andere momenten is er juist weer wateroverlast. Dat zet de landbouw én de natuur onder druk.

Vitale Greenport met duurzame en innovatieve bollenteelt

De bollenteelt blijft het hart van de streek. In 2030 is de teelt emissieloos. Dat betekent dat er geen chemische gewasbeschermingsmiddelen in bodem, water en lucht terecht komen. Greenportbedrijven kunnen – onder voorwaarden – uitbreiden op eigen terrein met aandacht voor waterberging, biodiversiteit, herverkaveling en landschap. Bedrijven zonder relatie met de Greenport kunnen vooral uitbreiden op bestaande bedrijventerreinen. Bedrijven die bijdragen aan kennis en innovatie in de maakindustrie krijgen de kans om te groeien. Voor een goede bereikbaarheid sluit het programma aan bij bestaande onderzoeksprojecten.

Wonen met oog voor landschap

Er is veel behoefte aan woningen voor starters, jongeren en ouderen. Er zijn bouwplannen binnen stads- en dorpsgrenzen. Maar dat is niet voldoende voor de woningvraag. De hectares die nu nog beschikbaar zijn in het buitengebied voor te bouwen greenportwoningen (maximaal 50 ha) worden ingezet voor het bouwen van woningen (minimaal 65% betaalbaar). Door niet in de meest open gebieden te bouwen, blijft het karakter van de streek behouden, met haar weidse uitzichten en kleurrijke velden.

Recreatie en natuur

De Duin- en Bollenstreek is heel geliefd maar de streek kan niet nog veel meer toeristen en recreanten ontvangen dan nu al het geval is. Daarom gaat het programma uit van kwaliteit: geen grote nieuwe attracties of grootschalige uitbereidingen, maar het verbeteren van het bestaande recreatie aanbod en spreiding van bezoekers over het jaar. Daarnaast komen er meer plekken voor dieren en planten zoals bomenrijen, houtwallen, beken en natuurvriendelijke oevers die natuurgebieden verbinden.

Energie van eigen bodem

De Duin- en Bollenstreek wil meer duurzame energie en minder uitstoot van broeikasgassen door zon op daken en aardwarmte uit de streek. In het gebied zelf kan genoeg warm water uit de diepe bodem worden gehaald om de hele streek te verwarmen. Zonne-energie wordt opgewekt uit zonnepanelen op daken, schuren, huizen, bedrijven en instellingen.